Radarsystemen worden gebruikt over een breed frequentiebereik in het elektromagnetische spectrum, afhankelijk van de specifieke toepassing en operationele vereisten. Het frequentiebereik voor radar strekt zich uit van zeer lage frequenties (VLF) van ongeveer 3 kilohertz (kHz) tot extreem hoge frequenties (EHF) van meer dan 100 gigahertz (GHz). De keuze van de frequentieband hangt af van factoren zoals het gewenste bereik, de resolutie, de atmosferische omstandigheden en het type gedetecteerde doelen. Radars voor luchtverkeersleiding werken bijvoorbeeld doorgaans in de L-band (1-2 GHz) of S-band (2-4 GHz), waardoor ze een goede atmosferische penetratie en bereik bieden voor het volgen van vliegtuigen over lange afstanden.
Vliegtuigradarsystemen, gewoonlijk weerradars of weervermijdingsradars genoemd, werken doorgaans in de C-band (4-8 GHz) of X-band (8-12 GHz). Deze radarsystemen zijn ontworpen om weersomstandigheden, inclusief neerslag, stormen en turbulentie, te detecteren en weer te geven aan piloten tijdens de vlucht. De frequenties die door vliegtuigradio worden gebruikt, zijn gekozen om de prestaties bij het detecteren en vermijden van slecht weer te optimaliseren, waardoor nauwkeurige en tijdige informatie wordt verstrekt om de vliegveiligheid en efficiëntie te verbeteren. C-band- en X-band-radarsystemen bieden een hoge resolutie en gevoeligheid om grootschalige weerskenmerken en potentiële gevaren in het luchtruim te detecteren.
Radar maakt voor zijn werking gebruik van elektromagnetische golven, met name microgolfsignalen. Microgolfsignalen worden door de radarantenne verzonden als korte pulsen van elektromagnetische energie. Deze pulsen planten zich door de ruimte voort totdat ze een object tegenkomen, zoals een vliegtuig, voertuig of neerslagdeeltjes. Wanneer microgolfpulsen een object raken, worden ze teruggekaatst naar de radarantenne, waardoor een echo ontstaat. Door de tijd te meten die de pulsen nodig hebben om naar het object te reizen en terug te keren (vliegtijd), berekenen radarsystemen de afstand tot het doel. Analyse van de geretourneerde signalen levert ook informatie op over de richting, snelheid, grootte en vorm van gedetecteerde doelen.
Frequentiebanden die door radarsystemen worden gebruikt, worden doorgaans geclassificeerd in termen van Gigahertz (GHZ), wat neerkomt op miljarden cycli per seconde. Radarbanden kunnen een breed frequentiebereik bestrijken, van enkele gigahertz tot tientallen gigahertz of meer, afhankelijk van de specifieke toepassing en technologievereisten. Radarbanden kunnen bijvoorbeeld de L-band (1-2 GHz), S-band (2-4 GHz), C-band (4-8 GHz), X-band (8-12 GHz), Ku-band zijn. (12-18 GHz) en ka-band (26,5-40 GHz). Elke radarband biedt unieke kenmerken op het gebied van bereik, resolutie, gevoeligheid en prestaties in verschillende omgevingsomstandigheden, waardoor radarsystemen kunnen worden afgestemd op specifieke operationele behoeften in verschillende industrieën en toepassingen.