De bundelsplitsingsverhouding bij radar verwijst naar de verdeling van het uitgezonden vermogen van de radarantenne over verschillende bundels of kanalen. Bij sommige radarsystemen, vooral die met meerdere bundels of kanalen, wordt het totale beschikbare vermogen voor transmissie verdeeld over deze bundels. De bundelsplitsingsverhouding bepaalt hoeveel vermogen aan elke bundel wordt toegewezen ten opzichte van de andere. Deze toewijzing is essentieel om de radarprestaties te optimaliseren en voldoende vermogen te garanderen voor detectie- en volgtaken in elke straal, terwijl de algehele energie-efficiëntie en dekking in evenwicht worden gebracht.
De monopulsverhouding is een meting die wordt gebruikt in monopulsradarsystemen om de nauwkeurigheid van het meten van de hoek van een doel te kwantificeren. Het vertegenwoordigt de verhouding van het amplitudeverschil tussen twee of meer ontvangstkanalen tot de som van hun amplitudes. Single-pulse radartechnieken maken gebruik van gelijktijdige ontvangst van signalen van meerdere antenne-elementen of kanalen om nauwkeurige hoekmetingen van doelen af te leiden. Een hogere monopulsverhouding duidt op een grotere nauwkeurigheid bij het schatten van de hoek, wat cruciaal is voor taken zoals nauwkeurig volgen, wapenbesturing en doelidentificatie in radartoepassingen.
Basisradarparameters omvatten verschillende belangrijke metingen die de prestaties en operationele mogelijkheden van een radarsysteem karakteriseren:
- Bereik: de maximale afstand waarop de radar doelen kan detecteren.
- Resolutie: het vermogen van de radar om dicht bij elkaar gelegen doelen te onderscheiden.
- Nauwkeurigheid: hoe nauwkeurig de radar locatie, snelheid en andere parameters meet.
- Gevoeligheid: de minimale signaalsterkte die nodig is om de radar effectief doelen te laten detecteren en volgen.
- Pulseherhalingsfrequentie (PRF): de snelheid waarmee radarpulsen worden verzonden, wat van invloed is op de doeldetectiemogelijkheden en de dubbelzinnigheid van het bereik.
- Antenneversterking: het meten van de hoeveelheid radarantenne versterkt de verzonden en ontvangen signalen, waardoor het detectiebereik en de straalkarakteristieken worden beïnvloed.
- LBreedtestraal: de hoekbreedte van de radarstraal, die het dekkingsgebied en de resolutie van het radarsysteem bepaalt.
Deze parameters definiëren gezamenlijk de operationele prestaties, mogelijkheden en beperkingen van radarsystemen voor verschillende toepassingen, waaronder militair toezicht, weermonitoring, luchtverkeersleiding en wetenschappelijk onderzoek. Het begrijpen en optimaliseren van deze parameters is van cruciaal belang om een efficiënte werking van de radar en betrouwbare prestaties in verschillende omgevingen en scenario’s te garanderen.